Nieuws 5 april, 2023

HR: Deliveroo bezorgers geen zelfstandige 

Deliveroo
Crowe Peak/ Kennisbank/ Nieuws/

HR: Deliveroo bezorgers geen zelfstandige 

Deliveroo-bezorgers hebben volgens de Hoge Raad van Nederland gewerkt op basis van een arbeidsovereenkomst, en niet als zelfstandigen zoals het bedrijf beweerde. Dit oordeel is belangrijk omdat het gevolgen kan hebben voor andere bedrijven die op vergelijkbare wijze werken. 

Achtergrond van de zaak 

Deliveroo is een bedrijf dat maaltijden bezorgt bij mensen thuis. De bezorgers van Deliveroo werkten op grond van overeenkomsten die werden omschreven als een overeenkomst van opdracht. Hierdoor waren de bezorgers niet in dienst van Deliveroo, en hoefde het bedrijf geen sociale premies en pensioenpremies te betalen.  

Vakbond FNV vond dat deze kwalificatie van de overeenkomsten niet klopte en dat sprake was van arbeidsovereenkomsten. FNV stelde dat de bezorgers volgens een arbeidsovereenkomst werkzaam waren. Zij startte hierop een rechtszaak. De kantonrechter en het hof stelden FNV hieropvolgend in het gelijk en oordeelden dat er inderdaad sprake was van arbeidsovereenkomsten. Deliveroo stelde tegen de uitspraak van het hof beroep in cassatie in bij de Hoge Raad. Tijdens de cassatieprocedure heeft Deliveroo haar activiteiten in Nederland beëindigd. 

Wat is het verschil tussen platformmedewerkers en traditionele werknemers? 

Een belangrijk element in deze zaak is dat Deliveroo-medewerkers kunnen worden getypeerd als zogenoemde ‘platformmedewerkers’. Het verschil tussen platformmedewerkers en traditionele werknemers is dat platformmedewerkers vaak als zzp’er werken en via algoritmes in plaats van managers worden aangestuurd. Een platform, zoals een bezorgservice als Deliveroo, fungeert dan als bemiddelaar tussen de zzp’er en de klant, waarbij de zzp’er opdrachten uitvoert voor de klant. Hierbij wordt vaak gebruik gemaakt van een overeenkomst van opdracht in plaats van een arbeidsovereenkomst. Het verschil tussen deze twee overeenkomsten is dat de opdrachtnemer, in dit geval de platformmedewerker, meer vrijheid heeft om het werk naar eigen inzicht uit te voeren dan bij een arbeidsovereenkomst. Omdat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst worden er geen premies en belastingen door het bedrijf afgedragen. 

Het onderscheid tussen een zzp’er en iemand die in dienst is bij een werkgever, zoals in de zaak van Deliveroo, is echter ingewikkeld. Zeker als er sprake is van schijnzelfstandigheid, waarbij iemand formeel wel als zzp’er werkt maar in feite vergelijkbare werkzaamheden verricht als een werknemer die in dienst is van de opdrachtgever. De overheid heeft daarom bepaalde criteria opgesteld om te bepalen wanneer er sprake is van een arbeidsovereenkomst en wanneer niet. Deze regels volgen uit de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA). 

Uitspraak van de Hoge Raad 

De Hoge Raad heeft het oordeel van het hof in stand gelaten, en daarmee geoordeeld dat de bezorgers van Deliveroo werkzaam waren op basis van een arbeidsovereenkomst. De Hoge Raad heeft hierbij geredeneerd dat de vraag of sprake is van een arbeidsovereenkomst moet worden beantwoord op basis van alle omstandigheden van het geval. Zo is onder andere van belang of de werknemer zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt. De Hoge Raad heeft benadrukt dat bij de beoordeling van de vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst, niet alleen gekeken moet worden naar de juridische vormgeving van de overeenkomst, maar vooral naar de praktische uitvoering daarvan. Hierbij is onder andere van belang of de werknemer zelf kan bepalen wanneer en hoe lang hij werkt, of hij in staat is om zich te laten vervangen, het praktische belang van de vervangingsmogelijkheiden en of hij zelf verantwoordelijk is voor de keuze en het onderhoud van de benodigde materialen. De Hoge Raad heeft hiermee het totaalbeeld van de arbeidsverhouding als uitgangspunt genomen, in plaats van slechts de contractuele afspraken. 

De uitspraak van de Hoge Raad is belangrijk omdat zij aangeeft dat bij de beoordeling of er sprake is van een arbeidsovereenkomst alle omstandigheden van het geval moeten worden meegewogen.  Daarbij benoemt de Hoge Raad dat er ook gekeken moet worden naar de vraag of de bezorgers zich in het economisch verkeer als ondernemer gedragen, wat een van de criteria kan zijn bij de beoordeling van de arbeidsrechtelijke status van platformwerkers. 

Deliveroo had aangevoerd dat de bezorgers zich mochten laten vervangen en dat zij de vrijheid hadden al dan niet te werken. Dit paste volgens Deliveroo niet bij een arbeidsovereenkomst. De Hoge Raad geeft aan dat het beoordelen van een arbeidsrelatie afhangt van alle omstandigheden van het geval en dat het hof in dit geval de omstandigheden op juiste wijze heeft beoordeeld en gemotiveerd. De Hoge Raad heeft daarom het cassatieberoep van Deliveroo verworpen en de uitspraak van het hof in stand gehouden. 

Wat betekent deze uitspraak voor de toekomst van het arbeidsrecht? 

De uitspraak van de Hoge Raad is van groot belang voor de toekomst van de gig-economie in Nederland. Het betekent namelijk dat bedrijven zoals Deliveroo niet langer kunnen volstaan met het sluiten van overeenkomsten van opdracht met hun bezorgers, maar dat zij moeten voldoen aan de regels die gelden voor arbeidsovereenkomsten. Deze uitspraak is ook van belang voor de tech-bedrijven, aangezien het aansturen van de medewerkers via een platform (via apps in plaats van managers) in Nederland dus niet betekent dat deze medewerkers als zelfstandigen worden gezien. 

De uitspraak van de Hoge Raad betekent niet alleen dat Deliveroo bezorgers in dienst moest nemen, maar ook dat andere bedrijven in de gig-economie hun arbeidsrelaties opnieuw moeten bekijken. Zij moeten ervoor zorgen dat hun overeenkomsten met bezorgers en andere platformwerkers aan de regels voor arbeidsovereenkomsten voldoen. Dit kan grote gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering van deze bedrijven en voor de positie van platformwerkers. 

Hoewel de uitspraak van de Hoge Raad van belang is voor de rechtspositie van de bezorgers bij Deliveroo en mogelijk ook voor andere platformbedrijven, benadrukt de Hoge Raad wel dat het oordeel of er sprake is van een arbeidsovereenkomst, hangt af van álle omstandigheden van het geval. Het is dus niet zo dat alle bezorgers bij elke platformbedrijven automatisch als werknemers worden gezien. Wel kan deze uitspraak de discussie over de rechtspositie van platformwerkers verder aanwakkeren en bijdragen aan de roep om meer duidelijkheid en bescherming voor deze groep. 

Conclusie 

De uitspraak van de Hoge Raad dat Deliveroo-bezorgers werken op basis van een arbeidsovereenkomst en niet als zelfstandigen, is van groot belang voor de toekomst van de gig-economie in Nederland. Bedrijven kunnen niet langer volstaan met het sluiten van overeenkomsten van opdracht, maar moeten voldoen aan de regels die gelden voor arbeidsovereenkomsten. Dit kan grote gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering van deze bedrijven en voor de positie van platformwerkers. Het is nog afwachten hoe deze uitspraak in de praktijk zal worden toegepast en welke gevolgen het zal hebben voor de gig-economie in Nederland en daarbuiten. 

Crowe peak

Benieuwd wat wij voor jouw organisatie kunnen betekenen?

Laten we snel kennismaken!

Contact