
Nieuwe stap richting belasting op werkelijk rendement in Box 3

Op 19 mei 2025 heeft staatssecretaris Van Oostenbruggen het wetsvoorstel ‘Wet werkelijk rendement Box 3’ ingediend bij de Tweede Kamer. Met dit voorstel wordt vermogen in Box 3 voortaan belast op basis van het daadwerkelijk behaalde rendement. De beoogde invoeringsdatum is 1 januari 2028.
Volgens de staatssecretaris markeert dit voorstel een belangrijke mijlpaal. “We willen het huidige forfaitaire systeem achter ons laten. Dit wetsvoorstel brengt ons dichter bij een eerlijkere heffing, waarbij uitvoerbaarheid en toekomstbestendigheid in balans zijn gebracht.”
Belasting op daadwerkelijk rendement
In het nieuwe stelsel betalen belastingplichtigen alleen belasting over wat zij daadwerkelijk verdienen met hun vermogen. Dat betekent dat een spaarder met een laag rendement minder belasting betaalt dan een belegger met een hoog rendement. Die verschuiving sluit volgens het kabinet beter aan bij het rechtsvaardigheidsgevoel van burgers.
Het rendement bestaat uit twee onderdelen:
- Direct rendement zoals rente, huur en dividend, na aftrek van kosten
- Indirect rendement waardeontwikkeling van bijvoorbeeld aandelen of vastgoed
De meeste vermogensbestanddelen worden jaarlijks belast via een vermogensaanwasbelasting. In sommige gevallen zoals bij onroerend goed of aandelen in startups geldt een vermogenswinstbelasting op het moment van verkoop.
Vooraf ingevulde aangifte en verliesverrekening
De Belastingdienst streeft ernaar om de aangifte zoveel mogelijk vooraf in te vullen voor ongeveer 2,5 miljoen belastingplichtigen. Dit gebeurt op basis van gegevens van Nederlandse financiële instellingen. Daarmee wordt geprobeerd de administratieve last voor burgers te beperken.
Als er sprake is van verlies op het vermogen mag dit worden verrekend met Box 3-inkomsten in toekomstige jaren. De eigen woning (het hoofdverblijf) blijft buiten het voorstel en blijft belast in Box 1.
Definitie startups aangepast
Zoals genoemd, geldt voor aandelen in startups dat de belasting pas plaatsvindt bij verkoop. Tegelijkertijd wordt gewerkt aan een nieuwe definitie voor startups die beter aansluit op de kenmerken van dit type ondernemingen. Deze wijziging wordt via een nota van wijziging aan het wetsvoorstel toegevoegd.
Wat betekent dit voor jou als vermogensbezitter?
De komende jaren kunnen belastingplichtigen en hun adviseurs zich voorbereiden op deze wijziging. Een belangrijke ontwikkeling is het wetsvoorstel Tegenbewijsregeling Box 3, dat op 14 maart 2025 is ingediend. Op basis hiervan wordt het vanaf de zomer van 2025 mogelijk om de Belastingdienst te verzoeken om teruggaaf van te veel betaalde Box 3-belasting (wanneer het fictieve rendement hoger was dan het werkelijke rendement), met terugwerkende kracht tot 2017.
Let op! Dit kan ook voor expats gelden
Daarnaast is het vanuit goed werkgeverschap verstandig om werknemers met de 30%-regeling tijdig te informeren over deze veranderingen. Voor veel van hen betekent dit dat zij in 2025 voor het eerst Box 3-inkomen moeten aangeven. Tot nu toe was belastingheffing in Box 3 voor werknemers met de 30%-regeling vaak niet aan de orde. Door te opteren voor de partiële buitenlandse belastingplicht werden zij namelijk voor Box 2 en Box 3 behandeld als buitenlands belastingplichtige, ondanks dat zij in Nederland woonden.
Vanaf 1 januari 2025 verandert dit voor werknemers die vanaf 1 januari 2024 voor het eerst gebruik zijn gaan maken van de 30%-regeling. Zij kunnen niet langer kiezen voor de partiële buitenlandse belastingplicht. Dit betekent dat zij vanaf belastingjaar 2025, net als iedere andere inwoner van Nederland, hun wereldwijde vermogen in Box 3 moeten opgeven. Zij vallen daarmee onder de huidige Box 3-wetgeving, de overgangsmaatregelen én het nieuwe stelsel dat per 2028 wordt ingevoerd. Het kan gunstig zijn om nu alvast een voorlopige aangifte inkomstenbelasting 2025 in te dienen, om te voorkomen dat zij in 2026 geconfronteerd worden met een hoge aanslag inclusief belastingrente.
Werknemers die vóór 1 januari 2024 al gebruikmaakten van de 30%-regeling, behouden het recht op partiële buitenlandse belastingplicht tot en met 2026.
Goed voorbereiden?
Onze specialisten staan klaar om je te helpen bij het in kaart brengen van de gevolgen en het treffen van de juiste voorbereidingen. Neem gerust contact met ons op, we helpen je graag verder en denken met je mee over de benodigde stappen.
Gerelateerde kennis

Benieuwd wat wij voor jouw organisatie kunnen betekenen?
Laten we snel kennismaken!