Te hoog forfaitair rendement = ongerechtvaardigde belastingheffing.

Wat betekenen de recente Hoge Raad uitspraken voor uw beleggingsvermogen in box 3

De veelbesproken arresten van de Hoge Raad van juni jongstleden hebben belangrijke gevolgen voor de belastingheffing in box 3. De arresten, voortbouwend op het Kerstarrest van 2021, benadrukken dat de huidige wetgeving onrechtvaardig kan zijn wanneer het forfaitaire rendement hoger is dan het werkelijke rendement. Dit kan leiden tot significante veranderingen in de manier waarop uw vermogen in box 3 wordt belast. In dit bericht leggen we uit wat deze uitspraken voor u kunnen betekenen.

Belangrijke uitspraken over box 3: vervolg op Kerstarrest

In het Kerstarrest van 24 december 2021 stelde de Hoge Raad vast dat het systeem van forfaitaire belastingheffing in box 3, zoals toegepast sinds 2017, in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De Hoge Raad oordeelde dat belastingheffing op basis van een fictief rendement, dat hoger ligt dan het werkelijke rendement, discriminerend is. De recente uitspraken van juni 2024 zijn een vervolg hierop. In deze arresten bevestigt de Hoge Raad dat de Wet Rechtsherstel en de Overbruggingswet niet voldoen aan de eisen van een rechtvaardige belastingheffing, omdat zij nog steeds kunnen leiden tot een te hoge belastingheffing wanneer het forfaitaire rendement hoger is dan het werkelijke rendement.

Overbruggingswet en Wet Rechtsherstel onvoldoende

De Wet Rechtsherstel, ingevoerd voor de jaren 2017 tot en met 2022, en de Overbruggingswet, van kracht in 2023 en 2024, waren bedoeld om het belastingstelsel te verbeteren door het werkelijke rendement beter te benaderen. Echter, beide wetten bleven gebaseerd op een forfaitair rendement, dat vaak niet overeenkwam met het werkelijke rendement.

De recente arresten geven de belastingplichtige nu de mogelijkheid om aan te tonen dat het werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement. Het werkelijke rendement wordt berekend inclusief ongerealiseerde waardeveranderingen en exclusief kosten, met uitzondering van rente, en zonder rekening te houden met inflatie.

Hoe nu verder?

De belastingdienst ontwikkelt op dit moment een formulier Opgaaf Werkelijk Rendement waarmee belastingplichtigen het forfaitair rendement kunnen vergelijken met het werkelijke rendement. De belastingdienst verwacht medio 2025 het formulier beschikbaar te hebben.

Directe actie door belastingplichtigen is nu niet nodig. De belastingdienst geeft aan dat belastingplichtigen die mogelijk in aanmerking komen voor rechtsherstel in oktober van dit jaar een informatiebrief ontvangen.  

Let op! Neem contact op bij een definitieve aanslag inkomstenbelasting

Hoewel de Hoge Raad aanvankelijk stelde dat de uitspraak van 6 juni 2024 niet van toepassing was op spaarders, heeft de Staatssecretaris inmiddels aangegeven dat ook spaarders mogen uitgaan van het lagere werkelijke rendement. Dit betekent dat de Belastingdienst geen aanslagen inkomstenbelasting zal opleggen waarbij sprake is van box 3 vermogen totdat er een duidelijke oplossing is. Mocht u een definitieve aanslag ontvangen, neem dan direct contact met ons op, zodat we binnen 6 weken bezwaar kunnen maken.